Simpele, vereenvoudigde vormen, veel glas en nog meer beton. In Waasmunster liet architect Frederik De Smet zich van zijn meest brutalistische kant zien. Het resultaat is een woning die even robuust als delicaat oogt.
“Je kunt je niet inbeelden hoeveel opleggers zich hier hebben vastgereden”, wijst Frederik De Smet naar het benepen dreefje aan het begin van het perceel. “Dat maar één daarvan de omliggende huizen heeft geraakt, is uiteindelijk een half mirakel. Ik heb altijd gedacht dat de elektrische kabels erboven ook zouden sneuvelen. Gelukkig hebben die het toch overleefd.” De architect haalt de schouders op en glimlacht. De betonwoning die hij voor een koppel uit Waasmunster mocht ontwerpen heeft een bijzondere betekenis voor hem. “Ik heb zelden zo'n connectie gehad met een opdrachtgever. Op een bepaald moment had ik zelfs het gevoel dat ik een huis aan het tekenen was voor mezelf. Nochtans is dit geen gemakkelijk project geweest. De prefab betonelementen door die smalle dreef krijgen, dat verliep al met horten en stoten. Als de eerste lading dan eindelijk geplaatst was, ging de hoofdaannemer failliet. Dat was een kleine ramp, niet alleen voor de eigenaars. De betonnen ruwbouwconstructie vormde namelijk in één adem de afwerking van de woning. Er was geen ruimte voor fouten, het kleinste detail was van belang. Gelukkig heb ik snel iemand nieuw gevonden. Dat dit huis op een jaar tijd af is geraakt, is gezien alle moeilijkheden bijna niet te geloven.”
De woning is opgevat als één grote open ruimte compleet gedoopt in beton. Gevels, wanden, vloeren en plafonds bestaan allemaal uit het materiaal, terwijl bekistingsnaden en krimpvoegen overal doorlopen. Tegelijk zijn er ook lichte nuances merkbaar. Op het dak bijvoorbeeld is het beton gestort op ruwe bekistingpanelen in multiplex. De textuur van het hout schijnt door, wat het plafond een warme uitstraling verleent. Op de vloer zorgt een gewolkt patroon voor een soortgelijk effect.
“Ik houd van een ontwerp zonder grenzen”, legt Frederik De Smet uit. “Interieur en exterieur zijn wat mij betreft nooit eindig. Ook in deze woning vloeien alle ruimtes naadloos over in elkaar, zowel horizontaal als verticaal, zowel binnen als buiten. Carport, inkom, leefruimte, terras en slaapkamers ontstaan op organische wijze, in relatie tot elkaar en tot de omgeving, met beton als sculpturale schelp eromheen.”
Een lange kolomkast in het salon loopt schijnbaar dwars door het raam tot buiten. De achterkant van het volume vormt de zijgevel van het gebouw, als een soort privacyscherm voor de buren. “Er zijn twee kastenvolumes in multiplex aanwezig, eentje ter hoogte van de zithoek en eentje in de keuken. Qua materiaal onderscheiden die zich opvallend van de rest van de woning, om het concept van de betonnen schelp onbewust te versterken. Tegelijk definiëren ze subtiel een aantal woonfuncties, zonder dat ze per se een façade vormen in de ruimte.”
Centraal in de leefruimte vormt een wit kookeiland een opflakkering in het grijze palet van het interieur. Er werd gekozen voor een strak sculpturaal blok dat er staat, maar voorts ontdaan is van elk ornament. Daarachter vormen een zwarte staalstructuur en donker gefumeerd glas de overgang naar de slaapkamer. Een kamerbreed raam op de eerste verdieping filtert zenitaal licht naar beneden.
“Omdat alles grijs is, ging bijzondere aandacht uit naar de optimale lichtinval”, zegt de architect. “De achtergevel bestaat volledig uit glas. Daarnaast zorgen specifieke ingrepen zoals de ronde uitsparingen in het overdekte terras voor extra daglicht.”
Overdag geniet de woning volop van natuurlijk licht, maar zodra de zon ondergaat, wordt de sfeer intiemer. Kunstverlichting zorgt dan voor licht- en schaduwzones. Spots zitten verzonken in het plafond en accentueren het robuuste betonnen omhulsel, balkvormige designarmaturen zetten zich diagonaal af tegen de rechte belijning van de woning. “De bedoeling was een minder dirigerend, eerder speelse inplanting te realiseren die warm en gezellig aanvoelt. Bovendien wordt het ruwe plafond op strategisch gekozen plaatsen verlicht door middel van grondspots. Om ook de tuin ’s avonds te betrekken bij de woning kunnen trouwens ook de grote bomen achteraan verlicht worden. Zij decoreren de woning van buitenaf.”
Middenin de slaapkamer rust een kingsize bed, op maat ontworpen en uitgevoerd in hetzelfde multiplex als het vaste meubilair in de leefruimte. De dressing is opgenomen in een zwart kastenvolume dat de ruimte visueel afbakent. In het verlengde daarvan loopt de kamer buiten door in een overdekt terras en carport met houten lamellenwand die de inkijk in de douche vanaf de straat beperkt. Ook hier valt een grote cirkelvormige uitsparing in de luifel op die zich herhaalt in de uitgeboorde gaten voor de dieperliggende spots, douchekop en ventilatiemonden. “Initieel was het de bedoeling om in die uitsparing een buitendouche te voorzien”, aldus Frederik De Smet. “Maar van dat idee zijn we toch afgestapt. De bewoners zouden te veel te kijk staan voor de buren. In de plaats hebben we gekozen voor een olijfboom die regenwater vangt via het gat.”
De zwarte glazen wand tussen keuken en masterbedroom begeleidt niet alleen de trap, ze vormt eveneens een borstwering voor de eerste verdieping. Daar bevindt zich momenteel één kinderkamer met balkon boven de carport. Later kan die nog verder opgedeeld worden. Op het moment van het ontwerp was het koppel zwanger. De komst van een kind betekende dat een minimum aan privacy nodig was. Om akoestische redenen is de kamer via een glazen wand afgesloten van de rest van de woning. Langs die wand kijk je via een jumboraam uit over het dak van de leefruimte. Naar de bomen die ‘s nachts verlicht worden. En naar de elektriciteitskabels die zich niet laten raken.
Simpele, vereenvoudigde vormen, veel glas en nog meer beton. In Waasmunster liet architect Frederik De Smet zich van zijn meest brutalistische kant zien. Het resultaat is een woning die even robuust als delicaat oogt.
“Je kunt je niet inbeelden hoeveel opleggers zich hier hebben vastgereden”, wijst Frederik De Smet naar het benepen dreefje aan het begin van het perceel. “Dat maar één daarvan de omliggende huizen heeft geraakt, is uiteindelijk een half mirakel. Ik heb altijd gedacht dat de elektrische kabels erboven ook zouden sneuvelen. Gelukkig hebben die het toch overleefd.” De architect haalt de schouders op en glimlacht. De betonwoning die hij voor een koppel uit Waasmunster mocht ontwerpen heeft een bijzondere betekenis voor hem. “Ik heb zelden zo'n connectie gehad met een opdrachtgever. Op een bepaald moment had ik zelfs het gevoel dat ik een huis aan het tekenen was voor mezelf. Nochtans is dit geen gemakkelijk project geweest. De prefab betonelementen door die smalle dreef krijgen, dat verliep al met horten en stoten. Als de eerste lading dan eindelijk geplaatst was, ging de hoofdaannemer failliet. Dat was een kleine ramp, niet alleen voor de eigenaars. De betonnen ruwbouwconstructie vormde namelijk in één adem de afwerking van de woning. Er was geen ruimte voor fouten, het kleinste detail was van belang. Gelukkig heb ik snel iemand nieuw gevonden. Dat dit huis op een jaar tijd af is geraakt, is gezien alle moeilijkheden bijna niet te geloven.”
De woning is opgevat als één grote open ruimte compleet gedoopt in beton. Gevels, wanden, vloeren en plafonds bestaan allemaal uit het materiaal, terwijl bekistingsnaden en krimpvoegen overal doorlopen. Tegelijk zijn er ook lichte nuances merkbaar. Op het dak bijvoorbeeld is het beton gestort op ruwe bekistingpanelen in multiplex. De textuur van het hout schijnt door, wat het plafond een warme uitstraling verleent. Op de vloer zorgt een gewolkt patroon voor een soortgelijk effect.
“Ik houd van een ontwerp zonder grenzen”, legt Frederik De Smet uit. “Interieur en exterieur zijn wat mij betreft nooit eindig. Ook in deze woning vloeien alle ruimtes naadloos over in elkaar, zowel horizontaal als verticaal, zowel binnen als buiten. Carport, inkom, leefruimte, terras en slaapkamers ontstaan op organische wijze, in relatie tot elkaar en tot de omgeving, met beton als sculpturale schelp eromheen.”
Een lange kolomkast in het salon loopt schijnbaar dwars door het raam tot buiten. De achterkant van het volume vormt de zijgevel van het gebouw, als een soort privacyscherm voor de buren. “Er zijn twee kastenvolumes in multiplex aanwezig, eentje ter hoogte van de zithoek en eentje in de keuken. Qua materiaal onderscheiden die zich opvallend van de rest van de woning, om het concept van de betonnen schelp onbewust te versterken. Tegelijk definiëren ze subtiel een aantal woonfuncties, zonder dat ze per se een façade vormen in de ruimte.”
Centraal in de leefruimte vormt een wit kookeiland een opflakkering in het grijze palet van het interieur. Er werd gekozen voor een strak sculpturaal blok dat er staat, maar voorts ontdaan is van elk ornament. Daarachter vormen een zwarte staalstructuur en donker gefumeerd glas de overgang naar de slaapkamer. Een kamerbreed raam op de eerste verdieping filtert zenitaal licht naar beneden.
“Omdat alles grijs is, ging bijzondere aandacht uit naar de optimale lichtinval”, zegt de architect. “De achtergevel bestaat volledig uit glas. Daarnaast zorgen specifieke ingrepen zoals de ronde uitsparingen in het overdekte terras voor extra daglicht.”
Overdag geniet de woning volop van natuurlijk licht, maar zodra de zon ondergaat, wordt de sfeer intiemer. Kunstverlichting zorgt dan voor licht- en schaduwzones. Spots zitten verzonken in het plafond en accentueren het robuuste betonnen omhulsel, balkvormige designarmaturen zetten zich diagonaal af tegen de rechte belijning van de woning. “De bedoeling was een minder dirigerend, eerder speelse inplanting te realiseren die warm en gezellig aanvoelt. Bovendien wordt het ruwe plafond op strategisch gekozen plaatsen verlicht door middel van grondspots. Om ook de tuin ’s avonds te betrekken bij de woning kunnen trouwens ook de grote bomen achteraan verlicht worden. Zij decoreren de woning van buitenaf.”
Middenin de slaapkamer rust een kingsize bed, op maat ontworpen en uitgevoerd in hetzelfde multiplex als het vaste meubilair in de leefruimte. De dressing is opgenomen in een zwart kastenvolume dat de ruimte visueel afbakent. In het verlengde daarvan loopt de kamer buiten door in een overdekt terras en carport met houten lamellenwand die de inkijk in de douche vanaf de straat beperkt. Ook hier valt een grote cirkelvormige uitsparing in de luifel op die zich herhaalt in de uitgeboorde gaten voor de dieperliggende spots, douchekop en ventilatiemonden. “Initieel was het de bedoeling om in die uitsparing een buitendouche te voorzien”, aldus Frederik De Smet. “Maar van dat idee zijn we toch afgestapt. De bewoners zouden te veel te kijk staan voor de buren. In de plaats hebben we gekozen voor een olijfboom die regenwater vangt via het gat.”
De zwarte glazen wand tussen keuken en masterbedroom begeleidt niet alleen de trap, ze vormt eveneens een borstwering voor de eerste verdieping. Daar bevindt zich momenteel één kinderkamer met balkon boven de carport. Later kan die nog verder opgedeeld worden. Op het moment van het ontwerp was het koppel zwanger. De komst van een kind betekende dat een minimum aan privacy nodig was. Om akoestische redenen is de kamer via een glazen wand afgesloten van de rest van de woning. Langs die wand kijk je via een jumboraam uit over het dak van de leefruimte. Naar de bomen die ‘s nachts verlicht worden. En naar de elektriciteitskabels die zich niet laten raken.
Maneuver, Kaplus, More Social, Buroform, Buro Coco, Pretty Big Talks, Newdays, Pegase, Compagnie Het Zoute, BO Magazine, Plan Magazine, Home Sweet Home Magazine, Steenbakkerij Vande Moortel, Oscar V, Aebele Interiors, Betonal, Nylønfabrik, Delicias, Exeptio
Maneuver, Kaplus, More Social, Buroform, Buro Coco, Pretty Big Talks, Newdays, Pegase, Compagnie Het Zoute, BO Magazine, Plan Magazine, Home Sweet Home Magazine, Steenbakkerij Vande Moortel, Oscar V, Aebele Interiors, Betonal, Nylønfabrik, Delicias, Exeptio